History
Het schip op kavel O28 in de Noordoostpolder, ten noorden van de Vliegtuigweg, is in 1949 bij het ploegen geraakt en in 1955 nader onderzocht. Het gaat om de achterste helft van een geheel overnaads gebouwd vrachtschip, met nog een deel van de achtersteven en het roer. De overlappende huidplanken zijn met ijzeren klinknagels aan elkaar bevestigd. Deze bevestigingswijze duidt er op dat het schip vermoedelijk uit het Oostzeegebied afkomstig is. De datering van het scheepshout wijst erop dat het hout tussen 1530 en 1541 n. Chr. is gekapt. Het schip zal niet lang daarna zijn gebouwd. Het hout gebruikt voor de bouw, is afkomstig uit het Baltische gebied of Polen. Van de inventaris is maar weinig aangetroffen: slechts twee kookpotten van roodbakkend aardewerk, enkele bakstenen, een heideboender, een jufferblok en een bronzen tapkraan. Het vondstmateriaal geeft aan dat het schip in de zestiende eeuw is vergaan. Het ruim is voorzien van een laadvloer, die bestaat uit stammetjes. In pekresten aan de binnenkant van de huid, in het ruim, zijn de afdrukken van graanaren te zien. Het schip was blijkbaar actief in de graanhandel vanuit het Oostzeegebied.
Description
Een zestiende-eeuws vrachtschip, geladen met graan, Nagele
Status
Batavialand te Lelystad, Maritiem Archeologisch Depot
References
- Batavialand te Lelystad, Maritiem Archeologisch Depot.
Opgravingsdocumentatie scheepswrak NO28.