Het Duitse stoomschip schip Wasgenwald week in september 1939 uit naar Sebang in Ned. Indië om te ontkomen aan de Royal Navy. Daar werd het aan de ketting gelegd en op 10 mei 1940 in beslag genomen. Het door de Duitse bemanning beschadigde schip werd hersteld en in beheer genomen door de de Stoomvaart Maatschappij Nederland en hernoemd Sembilangan.
Het kader was Nederlands, de matrozen en olielieden Brits Indische Lascaren. Het bedienend personeel Javanen en een Portugees. Verder waren er 10 Britse kanonniers aan boord voor de bewapening. Totale equipage 87 man.

Laatste reis
De Sembilangan voer in konvooi OS-44 van Liverpool naar Zuid Afrika. Op ongeveer 200 mijl ten westen van Kaap Finisterre (ES) werd het konvooi aangevallen door de Duitse onderzeeboot U 107. Deze vuurde een aantal torpedo's af. Er werden vier schepen geraakt waaronder de Sembilangan. Het schip explodeerde en zonk. 86 opvarenden kwamen om. Alleen 4e machinist J. Gorter overleefde de ramp (Scheepsrampen p 127). De overige schepen die geraakt werden waren de Clan Alpine, Marcella en de Oporto.

Gebouwd: Deutsche Werft A.G., Hamburg

• Haersolte, J.W.J. van (ed) (1947).
  Scheepsrampen in oorlogstijd, nr. 251.
• D.Pilkes (1991).
  De laatste reis vande Sembilangan ende Djambi.
  De Blauwe Wimpel.
• Stichting Maritieme Historische Data.
  Sembilangan ID 5828.