History
Het stoomschip Flora vertrok 4 juni 1942 uit met bestemmin Caraïbische Zee.
In de namiddag van 13 juni werden 2 reddingsboten opgepikt met schipbreukelingen, die van twee tot zinken gebrachte schepen de Surrey en de Ardenvohr waren. Er werd koers gezet naar Cristobal in Panama om de schipbreukelingen aan land te zetten. De volgende dag werd weer zee gekozen.
Op 17 juni rapporteerde de kanonnier van de Flora een flauw lichtschijnsel. Met kijkers werd de horizon afgezocht. Plotseling werd een schot gehoord, hetwelk aan bakboord zijde insloeg, onmiddellijk gevolgd door meerdere treffers. Afkomstig van het boordkanon van de Duitse U 159. Er brak brand uit. De stuurboord boot werd met passagiers en bemanning te water gelaten en op ongeveer 300 meter afstand van het schip werd verder afgewacht.
De Duitse onderzeeër voer naar de reddingsboot en vroeg enige inlichtingen, waarna deze weer verdween. Hierna werd de plek van de ramp afgezocht en werd de zwaar gehavende bakboord reddingboot met enige andere overlevenden, die werden overgenomen. Hierna werd koers gezet naar de kust. In de ochtend van 18 juni werd La Pajaro (Columbia) bereikt.
Er viel 1 slachtoffer te betreuren. 3e machinist P.F. van Voorthuisen was ernstig gewond geraakt tijdens de beschieting. Hij overleed in de reddingsboot en werd in La Pajaro begraven.
Description
Master | Haan, A. de, |
---|---|
People on board | 37 |
Tonnage | 1417 ton |
References
- Stichting Maritiem Historische Databank.
Flora - ID 2240. - Haersolte, J.W.J. van (ed) (1947).
Scheepsrampen in oorlogstijd, nr. 193.